Op 18 augustus kwam het CBS met cijfers over het aantal kinderen in bijstandsgezinnen. Hieruit blijkt dat de gemeente Echt-Susteren de afgelopen drie Jaar met een stijging te maken heeft: 2014: 3,4% - 2015: 3,6% - 2016:4,2%. Elke stijging is onwenselijk maar aangezien GroenLinks ook graag de redenen achter deze toename wil weten, stelden we de vragen aan het college en recent kregen we antwoord.
Vraag 1: Op hoeveel kinderen heeft die 4,2% betrekking in Echt-Susteren?
Antwoord: De stijging van 4,2% betreft 5 kinderen.
- 2014: 129 kinderen
- 2015: 134 kinderen
- 2016: 139 kinderen.
Vraag 2: Hoeveel bijstandsgezinnen met minderjarige kinderen woonden op 31 december 2016 in onze gemeente?
Antwoord: In Echt-Susteren gaat het om 87 gezinnen.
Vraag 3: Kunt u met getallen (absoluut of percentages) in een tabel vanaf 2012 aangeven welke migratieachtergrond deze kinderen in bijstandsgezinnen hebben. S.v.p. uitsplitsen in Nederlands, Overig westers, Marokkaans, Turks, Surinaams, Antilliaans/Arubaans en Overig niet-westers, zoals ook het CBS dat doet.
Antwoord: Zie Tabel 1 Migratieachtergrond.
Ad 1.: Met "bijstandsgezinnen" wordt bedoeld de echtparen/samenwonenden én eenoudergezinnen (met minderjarige kinderen);
Ad 2.: Het gaat er om dat we de navolgende tabel vullen, waarbij we er van uitgaan
dat ook hier met bijstandsgezinnen wordt bedoeld de echtparen/samenwonenden én eenoudergezinnen (met minderjarige kinderen);
we voor de "migratieachtergrond" uitgaan van het geboorteland van de ouder(s).
Vraag 4: Het CBS noemt ook de landen Syrië, Eritrea, Somalië en Afghanistan i.v.m. instroom van vluchtelingen. Herkent u dit beeld in Echt-Susteren en kunt u dit dan met cijfers onderbouwen?
Antwoord: Wij herkennen dit deels. Zie Tabel 2 Vluchtelingen. Het gaat om bijstandsgezinnen met kinderen vanuit deze genoemde landen
Vraag 5: Groeit de duur van de afhankelijkheid van de bijstandsuitkering of neemt die af, gemiddeld gezien over alle bijstandsgezinnen met kinderen in EchtSusteren?
Antwoord: De uitstroom uit de bijstand blijft ten opzichte van 2016 iets achter aangezien er ook in zijn geheel een lagere instroom in de bijstand is. Dit verdient echter enige nuancering. De gemeente heeft namelijk in de afgelopen jaren andere doelgroepen erbij gekregen zoals de groeiende groep 65-plussers die voorheen uitstroomde richting AOW, maar als gevolg van het verhogen van die AOW-leeftijd steeds langer gebruik moeten maken van bijstandsvoorzieningen. Daarnaast is er en een nieuwe doelgroep Wajong bijgekomen, welke in 2015 zijn toegevoegd aan de verantwoordelijkheid van de gemeente. Ook hebben we de verantwoordelijkheid overeen aantal niet-Nederlandssprekende statushouders gekregen, die als gevolg van het niet beheersen van de Nederlandse taal een grote afstand tot de arbeidsmarkt hebben.
Vraag 6: Kunt u bondig opsommen wat u allemaal doet met als doel het aantal bijstandsgezinnen met kinderen te laten dalen en de duur van verblijf in de bijstand zo kort mogelijk te houden?
Antwoord: Er zijn diverse instrumenten die ingezet worden t.b.v. de toeleiding naar werk en daarmee uitstroom uit de bijstand te realiseren. Hierbij moet u denken aan bijv. het organiseren van een werkstage/ proefplaatsing, aanbieden van scholing, aanbieden van beschut werk, aanbieden van een participatieplaats, detachering naar werk en het bieden van persoonlijke ondersteuning.
Vraag 7: Kunt u verklaren waarom u, gezien de groei van het aantal kinderen in bijstandsgezinnen, misschien nog onvoldoende succes heeft met deze interventies?
Antwoord: Ten opzicht van 2016 zien wij momenteel een afname van het aantal lopende uitkeringen, daar waar het gaat om gezinnen met een autochtone achtergrond en een beperkte toename in gezinnen met een niet-westerse achtergrond.
Vraag 8: Ziet u nog mogelijkheden om grote(re) stappen te kunnen maken in het terugdringen van het aantal bijstandsgezinnen met kinderen en het inkorten van de duur? Op welke wijze kan de raad u daarbij ondersteunen waar deze dat, volgens u, tot op heden mogelijk niet of onvoldoende heeft gedaan?
Antwoord: Wij zijn van mening dat de huidige instrumenten alsmede het budget voldoende ruimte bieden om de verschillende doelgroepen te ondersteunen. Wel is het zo dat de veranderde samenstelling van het bestand tot een langere doorlooptijd leidt.