De GroenLinks-fractie ontving op 19 januari de antwoorden op onze schriftelijke vragen (dd. 24 december 2016) over de inzameling van huishoudelijk afval. Afvalinzameling vinden wij een belangrijk thema aangezien afval weer kan dienen als grondstof: een optimale(re) bronscheiding zal het circulaire proces bevorderen. Echter, de beantwoording van de vragen leidde volgens ons niet tot de gewenste duidelijkheid. Derhalve stelt de GroenLinks-fractie de volgende vervolgvragen.
Vraag 1: In de beantwoording van vraag 1 (vragen dd. 24 dec.) geeft het college aan: ‘het gebruik van alléén de PMD (plastic metaal drankkartons) zak zal het scheidingsgedrag niet verbeteren’. Deze stellingname bevreemdt ons zeer, temeer als we kijken naar de presentatie tijdens de raadsconferentie van 19-10-2015 waarin het optimalisatieonderzoek van a2Kwadraat Consultancy werd getoond. Scenario 1 zou leiden tot een verlaging van het restafval van 185kg naar 150kg. Scenario 2 zou zelfs leiden tot een verlaging van het restafval van 185kg naar 122kg. Kan het college verklaren waarom het gebruik van de PMD zak niet zal leiden tot een verbetering van het scheidingsgedrag en dus tot minder restafval, terwijl dit tijdens de raadsconferentie op 19-10-2015 zo wel werd gecommuniceerd?
Vraag 2: In de beantwoording van vraag 8 (vragen dd. 24 dec.) geeft het college aan dat ‘in de rapportage’ [het optimalisatieonderzoek van a2Kwadraat Consultancy] niet wordt vermeld dat scenario 0 tot extra kosten of besparingen zou leiden. Bij handhaving van scenario 0 (dus geen wijziging van afvalinzameling waar de raad voor koos op 16-12-2015) staat duidelijk €0,- genoemd voor wat betreft de consequentie per aansluiting. Hoe verklaart het college dit? De volgende vervolgvragen dienen zich aan:
- Kunnen raadsleden de raadsconferenties en bijbehorende presentatie(s) niet langer als onderlegger en bron voor besluitvorming gebruiken?
- Heeft de raad op basis van onjuiste informatie op 16-12-2015 een raadsbesluit genomen? Dit raadsbesluit op 16-12-2015 (handhaven huidige systematiek van inzameling) heeft immers uiteindelijk wél geleid tot een verhoging van de afvalstoffenheffing voor 2017.
Vraag 3: In uw beantwoording van vraag 2 (vragen dd. 24 dec.) verwijst u naar het bedrijf Van Scherpenzeel die als uw bron dient bij uw stelling in de 2e Bestuursrapportage dat gemeenten die de PMD-zak hanteren, met een hogere vervuiling van de fracties te maken hebben. Wij hebben bij Van Scherpenzeel navraag gedaan en hun antwoord is tweeledig: gedurende 2015 en 2016 is een grote stijging in het volume PMD [lees: hierdoor reductie restafval] maar deze afvalstroom is sterk vervuild door verkleving vanwege residu, zoals u in de 2e Bestuursrapportage inderdaad aangeeft. Dit heeft een kostenverhogend effect op de sortering en verwerking van PMD. De gemeente Echt-Susteren zamelt plastic, metaal en drankkartons afzonderlijk in maar betaalt wel mee aan deze hogere kosten die inzameling met de PMD-zak in andere Limburgse gemeenten met zich meebrengt. Ook dit kan ons inziens een reden zijn om de PMD-zak in te voeren zodat we niet enkel aan de lasten bijdragen maar ook de lusten ontvangen doordat er minder restafval door onze burgers zal worden aangeboden. Ziet het college dit ook zo?
Vraag 4: De gevraagde gegevens over 2016 (onze vragen 3, 5, 6 en 7 dd. 24 dec.) willen wij alsnog zo spoedig mogelijk ontvangen nadat deze bij u bekend zijn.
Vraag 5: In de beantwoording van vraag 9 (vragen dd. 24 dec.) geeft de gemeente aan dat er óók bij 115 bedrijven het ‘huishoudelijk afval’ wordt opgehaald. Dit bevreemdt ons en het behoeft nadere verklaring:
- is de gemeente verantwoordelijk voor het ophalen van afval bij bedrijven? Waarom bij deze (specifieke?) 115 bedrijven.
- welke tarieven hanteert de gemeente bij deze bedrijven?
- welke afvalstromen betreft het bij deze bedrijven?
- is het ophalen van afval bij deze bedrijven kostendekkend of betaalt de burger hier aan mee?