We lezen in dagblad De Limburger dat ‘drastisch verjonging’ nodig is in de bijna 300 hectare bos die onze gemeente bezit (voetnoot 1). Vanuit diverse kanalen bereiken ons signalen van zorg. Verjonging van bossen kan namelijk op verschillende manieren; van het rigoureus kappen van hele bospercelen tot het toepassen van ‘lichting’.
Een goed beheer van bossen is belangrijk. Door een goed beheer ontstaat een bos dat qua begroeiing in evenwicht is. Bij een goed evenwicht is er voldoende ruimte en licht voor jonge bomen en struiken en tegelijkertijd een heel scala aan oude hoge bomen. Het belang van jonge (lichtminnende) bomen en daarmee het belang van eventuele verjonging zal voor velen duidelijk zijn.
Het behoud van oude hoge bomen is echter eveneens van bijzonder groot belang voor bossen. Oude bomen bevatten vele holten waar zoogdieren, zoals bunzing, boommarter, eekhoorn en vleermuizen gebruik van maken. Ook een heel scala aan vogels is aangewezen en afhankelijk van deze (deels door hen zelf gemaakte) boomholten. We noemen hierbij als voorbeeld alle soorten spechten, bosuil, spreeuw, boomklever, boomkruiper en holenduif. Onder deze soorten zijn er (zwarte specht, middelste bonte specht en spreeuw) die onze bijzondere aandacht en zorg nodig hebben. Het aantal spreeuwen staat landelijk onder druk, de zwarte specht is qua aantallen, na een sterke terugval, weer langzaam terug aan het komen en de middelste bonte specht is een ‘nieuwe’ vogel, die zich ook in Echt-Susteren heeft weten te vestigen. De recente successen van beide spechtensoorten zijn te danken aan de aanwezigheid van oude bomen, waarin zij holtes kunnen maken.
Daarnaast is de aanwezigheid van oude (hoge) bomen van belang om broedgelegenheid te bieden aan roofvogels, zoals buizerd, wespendief en boomvalk. De wespendief en boomvalk zijn zeldzaam en worden ernstig bedreigd. Naast deze roofvogels is het goed om te benoemen dat zowel de wielewaal als de zomertortel voor hun nesten eveneens gebruikmaken van hoge bomen. Hiervan is met name de zomertortel zeer ernstig bedreigd in haar voortbestaan.
De term ‘oud hout leeft’ wil ik hier nog even kort benoemen. Oude (deels) dode bomen vervullen een bijzonder belangrijke functie in een bos. Naast de al benoemde functie van het geven van broedgelegenheid, is het ook een enorme en onmisbare bron van leven. Kevers en insecten leven erin, waardoor allerlei vogelsoorten hiervan kunnen leven. Het langzaam vergaan van zo’n dode boom is van enorm belang voor de bodemstructuur van een bos.
Daar waar het gaat om zowel de genoemde vogelsoorten als de zoogdieren, kan het wegvallen van broedgelegenheid c.q. natuurlijke holtes desastreus zijn voor hun aanwezigheid in onze gemeente. Het is dus zaak om een goede balans te vinden in natuurbescherming (vogels-zoogdieren) en verjonging van bossen. Het moge duidelijk zijn dat rigoureus kappen van bossen voor GroenLinks geen optie is. In plaats daarvan zou het goed zijn als bij de verjonging de werkwijze van ‘lichting’ zou worden toegepast. Bij ‘lichting’ wordt op een meer natuurlijke manier verjongd. Door ‘lichting’ wordt de lichtomstandigheid in een bos veranderd, waardoor op een natuurlijke manier jonge bomen en struiken kunnen gaan groeien. Meer licht op bepaalde plaatsen in een bos kan bereikt worden door selectief bomen of groepjes bomen te verwijderen. Hierdoor ontstaan open ruimtes in het kronendak van een bos, met als gevolg meer licht op de bodem.
Als de gemeente Echt-Susteren haar bossen wil gaan verjongen, dan zou het goed zijn wanneer:
- er geen sprake is van kappen van hele bospercelen;
- deze verjonging plaatsvindt middels het toepassen van de methode ‘lichting’;
- als sprake is van toepassing van de methode ‘lichting’, dan dient tevoren door een ter zake deskundige (bijv. onafhankelijk ecoloog) een onderzoek te worden ingesteld naar de aanwezigheid van holtes, in gebruik bij genoemde zoogdieren en vogels, en de aanwezigheid van nesten van genoemde vogels;
- veel dode omgevallen bomen zouden moeten blijven liggen.
We stellen de volgende vragen aan het college:
Vraag 1: Heeft onze gemeente een bosbeheerplan? Zo ja, dan ontvangen we dit graag digitaal toegevoegd aan de beantwoording van onze vragen op de gemeentelijke website.
Vraag 2: Als er nog geen bosbeheerplan is: is het college bereid om dit zo spoedig mogelijk op te stellen, samen met de experts in onze gemeente als het Groene Taille Comité, Vogelwerkgroep De Haeselaar en Natuur Historische Vereniging Pepijnsland? Zo nee, waarom niet?
Vraag 3: Wat is volgens het college het doel van bosbeheer? Gezond en biodivers bos, of veiligheid van bezoekers waarborgen, of financiële opbrengst van productiehout? Wat GroenLinks betreft mag het laatste doel geen rol van betekenis spelen.
Vraag 4: Hoe is controle/toezicht op werkzaamheden in gemeentelijke bossen geregeld?
Vraag 5: Is het college het met ons eens dat de methode ‘lichting’ de voorkeur geniet bij het beheer van bossen? Zo nee, waarom niet?
Vraag 6: Heeft het college een jaarlijks begrote doelstelling t.a.v. een geldelijke opbrengst uit de gemeentelijke bossen? Zo ja, hoe hoog is dit bedrag? Nogmaals: wat GroenLinks betreft mag een financiële opbrengst geen rol van betekenis spelen bij bosbeheer.
Vraag 7: Heeft het college bepaalde afspraken met bijvoorbeeld de biomassacentrale in Sittard om per jaar een x-aantal tonnen hout/snoeisel/maaisel aan te leveren?
Vraag 7a: Zo ja, is het college bereid deze afspraak bij de griffie ter inzage te leggen?
Vraag 7b: Als het college afspraken heeft met bijvoorbeeld de biomassacentrale, is het college het met GroenLinks dan eens dat verbranden van hout/snoeisel/maaisel voorkomen moet worden en dat dit pas een uiterste laatste stap is om van deze ‘afvalstroom’ af te komen. GroenLinks vindt dat hout/snoeisel/maaisel nog heel veel nuttige toepassingen kan hebben. Zo kan maaisel als bodemverbeteraar dienst doen, mits het schoon is uiteraard.
Vraag 8: Het valt ons op dat bomen langs wegen steeds hoger worden opgesnoeid; zowat elk jaar lijkt er ‘geoogst’ te worden van deze bomen. We vinden dit onnatuurlijk uitzien en bomen worden op den duur bovenin topzwaar met veiligheidsrisico’s van dien bij onvoldoende worteling en harde wind.
Vraag 8a: Wie voert het snoeien van bomen langs gemeentelijke wegen uit?
Vraag 8b: Heeft het college met dit bedrijf een afspraak dat bijvoorbeeld de kosten deels betaald worden met snoeiafval? Zo ja, is het college bereid deze afspraak bij de griffie ter inzage te leggen?
Vraag 8c: Is er met dit bedrijf een richtlijn of norm afgesproken hoe we onze bomen langs de wegen en fietspaden erbij willen hebben staan? Zo nee, waarom niet?
Vraag 8d: Voert de gemeente controles uit, meteen na het snoeien aan onze bomen langs wegen en fietspaden? Zo nee, waarom niet?
Wij zien uw antwoorden met belangstelling tegemoet.
Met vriendelijke groet,
Thijs Wetemans,
fractievoorzitter GroenLinks Echt-Susteren
1. https://www.limburger.nl/cnt/dmf20220112_95328952 ‘Groenbeheer in Echt-Susteren op de schop na faillissement IKL’