Vraag 1: Bestaat er nog een mogelijkheid om de bomen grotendeels te ontzien door het plan iets te wijzigen? 1a. Zo ja, welke mogelijkheden ziet het college dan nog? 1b. Zo nee, wil het college dan middels een boomeffectrapportage onderzoeken of bomen verplaatsbaar en (liefst) binnen het plangebied herplantbaar zijn zoals u recent ook op Bocage heeft uitgevoerd? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Het plan kan in principe nier meer worden gewijzigd. Bij het opstellen van het inrichtingsplan is een balans gezocht tussen de wensen vanuit de projectontwikkelaar, de bestaande gebiedskwaliteiten, de randvoorwaarden van de ruimtelijke ordening en milieu (bestemmingsplan), en de financiële haalbaarheid. Er is daarbij zorgvuldig gekeken naar de bestaande bomen aan de noordzijde van het projectgebied. Deze zijn ook alle ingemeten. Hoewel de bomen niet op de lijst van waardevolle bomen staan, is het streven geweest zoveel mogelijke bomen te handhaven. Dit is ook gelukt, met name ter plaatse van de (oostzijde van de) Tulpenstraat. In het vervolgtraject zullen we samen met de projectontwikkelaar een 'boomeffectanalyse' maken van de bestaande bomen die niet kunnen worden gehandhaafd. Op basis van de resultaten van de analyse zullen we dan bekijken of er bomen kunnen worden verplaatst en zo ja, hoeveel bomen kunnen worden verplaatst naar een ander deel van het projectgebied.

 

Vraag 2: Is het college bereid om in het vervolg bij alle communicatie omtrent dit bouwplan óók de voormalige locatie Blomehoaf te noemen om misverstanden te voorkomen, en de daaruit mogelijke vertraging voor het plan, en het vergroten van het draagvlak bij omwonenden (burgerparticipatie!)? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Deze bereidheid is er natuurlijk. Het projectgebied bestaat uit de locatie van de voormalige dakpannenfabriek Cuijpers én de voormalige locatie van de Blomehoaf. Overigens overweegt de projectontwikkelaar om de nieuwe wijk 'Bloemenhof' te noemen. We zullen hier als gemeente op korte termijn nadere afspraken met de projectontwikkelaar over maken.

 

Vraag 3: Tijdens de inloopmiddag kregen we de indruk dat de bomen, die tussen de uitritten aan de achterzijde van de woningen aan de Tulpenstraat en Seringenstraat staan (zie foto’s), worden verwijderd. Klopt dit? Zo ja, waarom moeten deze bomen het veld ruimen terwijl ze echt helemaal aan de uiterste rand van het plangebied staan? Volgens ons zouden die toch behouden moeten kunnen blijven?!

Antwoord: Nee, deze bomen zullen worden gehandhaafd.

 

Vraag 4: Tijdens de inloopmiddag vernamen we grote zorgen van omwonenden over de te verwachten verkeersdruk op de Kerkveldsweg Oost en het zuidelijke deel van de Seringenstraat. We willen het college oproepen om óók een ontsluiting via de Tulpenstraat te (her)overwegen, eventueel in combinatie met eenrichtingsverkeer door het plangebied. De nieuwe wijk wordt volgens ons ook meer een deel van de wijk Schilberg als de ontsluiting aan twee zijden mogelijk is. Wil het college aan deze oproep gehoor geven? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Bij het opstellen van het inrichtingsplan zijn verscheidene varianten voor de ontsluiting van het gebied onderzocht. Uiteindelijk is gekozen voor de variant met een ontsluiting voor alle verkeer via de Kerkveldsweg Oost en voor langzaam verkeer en calamiteitenverkeer via de Tulpenstraat. In het kader van het bestemmingsplan is deze variant onderzocht (aantal verkeersbewegingen, verkeersveiligheid, parkeervoorzieningen) en gebleken is dat de variant voldoet. Aan de keuze voor de genoemde variant ligt een aantal overwegingen ten grondslag. In de eerste plaats is de situatie rondom de Tulpenstraat erg krap en onoverzichtelijk. Bovendien zou de Tulpenstraat fors moeten worden verbreed, wat als gevolg had dat alle bestaande bomen ter plaatse moesten worden gekapt. Deze ingreep is als te drastisch beoordeeld. Een tweede argument is dat we bewust sluipverkeer door de nieuwe wijk willen voorkomen. De wijk krijgt namelijk een eigen identiteit en geborgenheid. Sluipverkeer past niet binnen deze filosofie. Het aantal verkeersbewegingen zal ook beperkt zijn, mede gelet op de doelgroepen die in het plangebied zullen gaan wonen (vooral senioren). Een ontsluiting van het gebied voor alle verkeer aan twee zijden is daarom ook niet nodig. De Kerkveldsweg Oost is momenteel een doodlopende straat voor autoverkeer. De huidige intensiteiten zijn zodoende relatief laag te noemen. De intensiteiten die het plan genereert, passen in het toekomstige wegbeeld waarbij geen onevenredige verkeersdruk zal ontstaan.

 

Vraag 5: Als vervolg op de vorige vraag wijzen we het college op de vele jonge fietsers die tweemaal per schooldag de Rijksweg oversteken  ter hoogte van de Kerkveldsweg Oost gezien hun plek op het Connect College of SBIO de Horst. Voor deze fietsers ontstaat een onveilige situatie bij de in- en uitrit van het nieuwe bouwplan en wordt het kruispunt Seringenstraat-Kerkveldsweg veel drukker. Heeft het college de grote aantallen fietsende scholieren over de Kerkveldsweg Oost meegenomen in de onderzoeken naar verkeersveiligheid? Zo nee, waarom niet en is het college bereid dit onderzoek alsnog uit te voeren? Als dit onderzoek reeds is uitgevoerd, mogen we dat rapport dan digitaal ontvangen? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Zoals hierboven al genoemd, is de gekozen variant in het kader van het bestemmingsplan onderzocht en voldoet deze. In de toelichting bij het ontwerpbestemmingsplan, dat momenteel ter inzage ligt, is een paragraaf over de verkeersaspecten opgenomen. Via ruimtelijkeplannen.nl is de toelichting in te zien. Los daarvan is natuurlijk nadrukkelijk gekeken naar de verkeersveiligheid te plaatse van de Kerkveldsweg Oost. In het inrichtingsplan is opgenomen dat het kruisingsvlak bij de nieuwe ontsluiting met een andere kleur zal worden ingericht. Dit zal een signaalfunctie hebben en verkeersdeelnemers attenderen op het feit dat de snelheid omlaag moet. Ook de toegangsweg zelf zal zodanig worden ingericht dat het in- en uitrijden van het plangebied alleen met erg lage snelheid kan. We denken dat de verkeersveiligheid ter plaatse daarmee voldoende is gewaarborgd. Voor de bouwfase zullen we met de projectontwikkelaar harde afspraken maken over een veilige bouwlogistiek door de wijk. In 2020 heeft de reconstructie Heerweg-Dokter Poelsplein-Burgemeester Meuwissenstraat plaatsgevonden. In dit project is tevens de Kerkveldsweg Oost afgewaardeerd van 50km/h naar 30 km/h. De kruising Burgemeester Meuwissenstraat-Kerkveldsweg Oost-Seringenstraat is hierin meegenomen en heeft een duidelijke verbetering ondervonden t.b.v. de verkeersveiligheid. De nieuwe weg richting het plangebied wordt niet ingericht als een in-/uitrit. Ook dit wordt, net zoals de overige kruisingen in de Kerkveldsweg Oost, een gelijkwaardige en goed ingerichte kruising. Zo ontstaat er een eenduidig wegbeeld in de Kerkveldsweg Oost die zowel voor de automobilist als de fietsers herkenbaar is.

 

Vraag 6: In deze nieuwe wijk met 64 woningen zouden enkele elektrische deelauto’s niet misstaan. Niet alleen om ter plekke de parkeerdruk te verminderen maar ook om bewuster autogebruik te stimuleren en de verkeersdruk in een groot deel van Schilberg te temperen. Is het college bereid om de mogelijkheden voor elektrische deelauto’s te onderzoeken? Zo nee, waarom niet?

Antwoord: Deze bereidheid is er zeker. Sterker nog, we hebben hier met de projectontwikkelaar al diverse malen over gesproken. De projectontwikkelaar onderzoekt momenteel de concrete haalbaarheid van de inzet van enkele deelauto's. We verwachten hierover op korte termijn door de ontwikkelaar nader te worden geïnformeerd.